Ik schrik wakker.
Beroerd.
Buikgriepje.
Even.
Heel even maar.
Gewoon een paar minuutjes op bed.
Even soezen.
Rommelende darmen op de achtergrond.
Holy chips.
Het is twee uur later.
Mijn klant heeft een uur geleden geappt.
“Hallo Bodo, we hadden om 14.00 uur een afspraak, maar ik kan je niet bereiken. Ik wacht nog heel even. Kun je me laten weten of het nog doorgaat? Groetjes van Linda”.
Dus om 15.00 uur app ik met een kloppend en schaamtevol hart, dat ik me verslapen heb en buikgriep heb.
Sorry, ik heb wat doms gedaan.
We maken een volgende afspraak.
Een week later haal ik Linda op in de receptie.
Terwijl we in de lift staan, houd ik me wat in.
Aftastend.
Heeft ze nog wat boosheid?
En als ze die nu niet heeft, dan wellicht nog even over een half uur?
Je weet maar nooit.
Ze moest anderhalf uur rijden en kwam voor de kat zijn viool.
Ik zou het wel begrijpen, zou ook wat pissed zijn.
We beginnen rustig.
Ze werkt bij een uitvaartonderneming.
Leidinggevende is ze er.
Is leuk hoor zegt ze, we lachen wat af.
Lekker morbide humor hebben we.
Ja de één zijn dood is … je kent het wel zegt ze.
Uhum zeg ik.
Maar verder is het dooie boel hoor.
Weet je, nabestaanden zijn lekker verdrietig en zo, dus die betalen wel.
Dat geld komt met bakken binnen en we hoeven weinig verantwoording af te leggen.
Heb ik ook nog een directeur boven me die belangrijk doet, maar nix beslist.
Dat gaat over de anderen zeg ik.
Hoe gaat het met jou?
Stilte.
Hakt er even in.
Ik omarm de rust liefdevol.
Nou, uuuh … ze neemt een aanloopje.
Ik ben nu 6 weken ziek gemeld.
Soms wat depressievig, maar het gaat wel hoor.
Yeah right.
De bedrijfsarts -ja zijn schoorsteen moet toch ook roken, uuuh geintje- hoorde mijn verhaal aan raadde me meteen aan om 3 maanden rust te nemen.
Dan is er wel echt wat aan de hand opper ik?
Ze geeft amper thuis.
Wat kan ik voor je doen vraag ik?
Nou weet je zegt ze, het is alsof ik er tegen een muur aanloop.
Iedereen doet alsof ie heel betrokken is bij de ander, maar ik zie alleen maar graaiende egogeilers.
Alsof ze in de ballenbak bij de Ikea zitten en zich nergens iets van aantrekken.
Ik praat tegen dovemansoren zegt ze.
Ik vraag Linda hoe lang ze eigenlijk al in een soort van geluiddichte telefooncel staat te roepen en niemand hoort haar?
Ze moet even graven in zichzelf.
Jeetje zegt ze.
Pijn dient zich aan.
Het begon toen ik pakweg 6 jaar was zegt ze na enig zwijgen.
Die zomervakantie was anders dan anders.
Mijn ouders zaten bepaald niet in de slappe was, maar toch gingen ze eerst 2 weken samen op vakantie naar Italië en daarna nog een keer met de kinderen 2 weken naar Spanje.
Kloink.
Er valt een kwartje.
Ze vertelt, dat haar tweelingbroertje overleed toen hij 3 1/2 was.
Jaaah ben ik allang overheen hoor zegt ze.
Echt wel.
Yeah right …
Ik vermoed, dat mijn ouders een bedrag uitgekeerd hebben gekregen en daarvan op vakantie zijn gegaan.
Hij zat na een hersenbloeding trouwens net in de WAO.
Hoe zat dat dan precies met je broertje vraag ik?
Hoe is hij overleden?
Het was een auto ongeluk.
Hij stak plotseling de straat over en werd geschept.
Ik ben zo blij dat ik er helemaal overheen ben zegt ze.
Uuuhhh …
Ik moet even op adem komen.
Een verdriet golft mij omhoog van mijn voeten en grijpt me bij de keel.
Linda kijkt me verwachtingsvol aan.
Reikhalzend wil ze mijn volgende vraag in ontvangst nemen.
Ik ben even stil.
Zo ontstaat de inbedding voor de opstelling.
Ik vraag haar of ze een stap wil zetten.
Eigenlijk klop ik op de deur van haar ziel en vraag of ze met haar ziel wil abseilen.
Zich in de onmetelijke diepte wil laten zakken.
Zo voelt een opstelling soms.
Ja hoor zegt ze.
Ik vraag haar om 2 stoelen op te stellen.
Voor beide ouders één stoel.
Ze stelt de 2 stoelen op met een hoek van 90°.
Naast elkaar duidt vaak op zielemaatjes, op samen door dik en dun.
Tegenover elkaar dan hebben ze een appeltje met elkaar te schillen.
Dit is een in between.
Niet met en niet zonder elkaar.
Een nieuwe energie komt langzaam deze zaal binnen.
Een verdrietige energie.
Beetje zwaar.
Zal ik ernaartoe lopen vraagt Linda?
Met de energie alsof ze een patatje wil scoren.
Dat is ok zeg ik.
Maar dan langzaam.
Heel langzaam.
Voel eerst eens hoe het is tussen die 2 stoelen.
Ze heeft er zin in en springt omhoog.
Nog veel langzamer zeg ik.
Eerst 2 meter vooruit en dan voelen.
Ik zie haar zachtjes zuchten.
Zo van wat duuuurt dit laaaang …
Ik vraag of ze al wat voelt?
Niet echt zegt ze.
Dan nog 2 stappen naar voren.
Ja leuk hoor, maar moet ik dan nu iets voelen vraagt ze?
Sommige mensen voelen gewoon niks zeg ik.
Het brengt haar wat in vertwijfeling.
Da’s precies mijn bedoeling.
Sommige mensen willen ook liever niet voelen ga ik verder.
Ja maar het voelt hier niet zo lekker zegt ze.
Oooh krijg nou wat zeg ik, dus je kunt ineens voelen?
Da’s nou toch ook wat?
Hoe heb je die knop ineens omgezet vraag ik?
Ze geeft geen antwoord en zakt nog een laagje dieper in haar gevoel.
Ik nodig haar uit om nog 2 stappen naar voren te zetten.
Het voelt hier zo verdrietig zegt ze.
Ik vraag haar of ik mag delen wat ik voel bij de 2 stoelen.
Dat mag.
Het voelt als een begrafenis zeg ik.
De hele tijd een begrafenissfeer.
Plof.
Die komt binnen.
Oooh dat klopt zegt ze.
Laat me raden vraag ik, je rijdt toch niet toevallig in een soort van begrafenisauto?
Ah daar issie weer, die intuïtie die er weer wat uitflapt.
Nou je wilt het niet weten zegt ze.
Een zwarte Mercedes station.
En ze wijst naar beneden naar de parkeerplaats.
Daar staat ie te glimmen als een keutel in de maneschijn.
Zeker net een wasbeurt gehad.
Ik vraag haar of ze toe is aan de volgende stap.
Ja zegt ze.
Ik nodig haar uit om op de stoel van moeder plaats te nemen.
Het is alsof er een deken van droefheid over haar heen valt.
Het lukt me niet zegt ze.
Ik kan niet gewoon de wereld in kijken.
De hele tijd teneergeslagen.
Bedroefd.
Lieve schat begin ik …
Je hebt zelf kinderen …
Stel dat van de ene op de andere seconde een kind van jou …
Slechts 3 1/2 jaar …
Uit het leven wordt weggerukt …
Wat doet dat met je?
Dan ga je op slot zegt ze.
Nou dat dus.
En als een paar jaar later je man een hersenbloeding krijgt … ga ik door?
Dan sta je er alleen voor zegt ze.
Ik geef Linda de tijd.
Steeds beter snapt ze welk gevoel er vroeger thuis was.
Er werd thuis nooit over gevoel gepraat zegt ze.
Maar nu snap ik dat mijn moeder uit verdriet op slot draaide.
Het voelt hier als een overweldigend verdriet zegt ze.
Te veel en te groot.
Als de rust is wedergekeerd in de opstelling vraag ik haar of ze nog een stap wil zetten.
Zeker zegt ze.
Voordat je opstaat, mag je het verdriet aan moeder teruggeven.
Het is haar onmacht.
Het is haar verdiet.
Jij mag de deken van verdriet achter je laten en voortaan frank en vrij het leven in stappen.
Zo gezegd, zo gedaan.
Linda komt weer naast me zitten.
Ik vraag haar of ze paralellen ziet met haar werk.
Van thuis heeft ze als kind geleerd om het gevoel te blocken en ze neemt een aanloopje om nee te zeggen.
Maar het lukt niet meer.
Ze krijgt haar gevoel niet meer weggedrukt.
Aarzelend laat ze het omhoog komen.
Ineens …
Plotseling is er het besef …
Alsof iemand haar met een nat washandje een volle klets in haar gezicht geeft.
Ze wil adem halen, maar komt slechts tot de helft.
Ooohhh zegt ze …
Er hing vroeger thuis een begrafenissfeer en ik werk bij een uitvaartonderneming.
Ja goed hè zeg ik?
En laat me raden, eigenlijk verveelt iedereen zich dood bij jullie op kantoor?
Linda is stomverbaasd dat de sfeer van vroeger thuis zo in haar leven is gaan zitten.
Ook in haar werkende leven.
Ja om je dood te lachen toch vraag ik?
We schieten in de lach.
Als verdriet zo onbewust onderhuids kruipt en je hebt dat niet in de gaten, dan raak je daar uitgeput van.
Doodop.
En nu vraagt Linda?
Er zijn 2 manieren.
De ene manier is dat je al het verdriet teruggeeft aan je moeder.
Dat is de ziels-TGV.
Ik weet niet of dat zo 1, 2, 3 lukt, omdat ik vermoed dat er in al die jaren veel verdriet in je is gaan zitten.
De andere manier is om al het verdriet te erkennen.
En het in te ademen.
Alles.
Helemaal.
Ooohhh neeeee kreunt ze.
Het verdriet plakt aan je, omdat het gezien, gehoord en erkend wil worden.
Adem het in.
Wel op zo’n manier, dat je snapt dat het bij je moeder vandaan komt.
Dat het niet jouw verdriet en onmacht is.
Mijn ervaring is, dat als je dat lang genoeg doet, dat het je ziel wakker schudt.
Zo van heee leuk, maar dat ben ik niet.
Dat is het moment, dat je ziel echt voor zichzelf gaat staan.
Let wel.
De ziel is een trage reiziger.
Je gedachten gaan doorgaans heel snel.
De statistieken variëren van 1 tot 3 gedachten per seconde.
Da’s verrekte veul.
Je ziel werkt anders.
Het lukt je niet om 1 tot 3 gevoelens per minuut te hebben.
Vooral met diepere gevoelens niet.
En al helemaal niet met gevoelens op zielsniveau.
Die gaan langzaam.
Ze hebbend snelheid van een tractor op de landweg waar jij net toevallig achter rijdt en je kunt niet inhalen.
Jezelf opwinden heeft weinig zin.
Je kunt beter het raampje open draaien en van de frisse landlucht genieten.
En van de ontspannenheid.
Dit helemaal inademen en tot je nemen.
Moeilijk hè?
Als je het verdriet gedurende enkele dagen en weken inademt, dan vermoed ik dat je ziel vanzelf onderscheid gaat maken tussen mijn en dijn.
Dan glijdt het als vanzelf van je af en vloeit naar daar waar het vandaan kwam.
Maar mag ik dan wel alvast zo’n confettikanon kopen en in de hoek klaarzetten vraagt Linda?
Jaaah echt wel.
Maar pas afschieten als je ziel het groene licht geeft ok?
Zet dan meteen vet vrolijke muziek op wil je?
Beste lezer:
Draait er in jouw leven wel eens een begrafenismuziekje?
Luister je liever naar vrolijke salsamuziek?
Dan heb ik de perfecte manier voor je om kennis te maken met familieopstellingen.
Je bent van harte welkom tijdens de Masterclass Familie- en Loopbaanopstellingen.
Daar krijg je de kans om een stevige draai aan je leven te geven.
Je ziet die dag wel meer mensen die alles lekker stevig op de rit hebben staan.
Denken ze tenminste.
Wat velen niet van onze ouders geleerd hebben is de taal van de binnenkant.
Deze dag is een spoedcursus.
Net zoals een taal leren spreken bij de nonnen in Vught leer je hier de taal van de binnenkant.
Zodat je gerichter naar je ziel kunt luisteren.
Dan kun je ook makkelijker naar andermans taal van de binnenkant luisteren.
Dan snap je elkaar makkelijker.
In plaats van weg te vallen of dicht te klappen leer je de juiste dingen te zeggen op het juiste moment.
Dat voelt als een portie hemels geluk!
Voor meer info klik op Masterclass Familie- en Loopbaanopstellingen.
See you there!
Bodo